Gewezen verdachten in strafzaken kunnen in aanmerking komen voor schadevergoeding als ze ten onrechte hebben vastgezeten. In de wet is bepaald dat toekenning van schadevergoeding plaatsheeft als daartoe gronden van billijkheid aanwezig zijn. Voor de berekening van die schadevergoeding zijn in landelijk verband afspraken tussen de rechters gemaakt. Die afspraken worden door het gerechtshof in Den Bosch niet volledig nagekomen. Dat Hof is namelijk van oordeel dat de eerste en de laatste dag van het voorarrest altijd volledig meetellen voor de vergoeding. Volgens de landelijk afspraak telt echter de laatste dag, de dag van de invrijheidstelling, niet mee. Er is geen goede reden waarom personen die voorarrest hebben ondergaan in het ressort Den Bosch volgens een andere systematiek worden beoordeeld dan elders in Nederland. Daardoor ontbreekt rechtseenheid in het land. Om die reden heeft advocaat-generaal Vegter een vordering tot cassatie in het belang der wet ingediend.