De bedreiging vond plaats in een periode dat de man tijdelijk bij zijn ouders woonde. Het ging toen niet goed met hem. Inmiddels heeft hij zijn leven weer op de rit. Hij heeft nooit ontkend zijn ouders te hebben bedreigd, maar zegt dat dit door de omstandigheden kwam. Zijn ouders hebben dat ook onderkend en hebben later hun aangifte willen intrekken. Hun aangifte zou een schreeuw om hulp zijn geweest. Gelet hierop en het feit dat de man zijn leven weer op orde heeft, ziet de rechtbank geen aanleiding om verdachte een onvoorwaardelijke straf op te leggen.