De officier van justitie had 24 maanden gevangenisstraf, waarvan 10 maanden voorwaardelijk, geëist. Naar het oordeel van de rechtbank was het voor de man niet kenbaar en hoefde het gelet op het tijdsverloop, het daarin gevoerde gesprek en de houding van aangeefster voor de man ook niet kenbaar te zijn dat de vrouw uit angst handelde en dat zij de seksuele handelingen niet wilde. De rechtbank heeft verdachte, die sinds 12 juli 2016 in voorarrest zat, op 20 januari 2017 in vrijheid gesteld.
De volledige uitspraak wordt binnenkort gepubliceerd.