De hoofdeconoom is sinds 2013 in dienst van PGGM. PGGM verwijt hem, dat hij zich zou verzetten tegen het voorgenomen beleggingsbeleid van PGGM dat zich richt op duurzaam beleggen. Ook zou zijn manier van communiceren tot verstoorde arbeidsverhoudingen hebben geleid. Het hof vindt dat dit niet is komen vast te staan. De hoofdeconoom heeft kritische kanttekeningen bij het nieuwe beleggingsbeleid geplaatst. Dat kan hem niet worden verweten omdat PGGM aan haar medewerkers juist heeft gevraagd hierover kritisch mee te denken. Bovendien past het bij zijn functie.
PGGM heeft ook niet voldoende onderbouwd dat de arbeidsverhoudingen ernstig en duurzaam zijn verstoord. De andere redenen waarom de hoofdeconoom ontslagen zou moeten worden, zijn niet komen vast te staan of vindt het hof niet zwaarwegend genoeg.