De eigenaar-bewoners en het college van burgemeester en wethouder van Zundert 
kwamen tegen het oordeel van de rechtbank in hoger beroep bij de Afdeling 
bestuursrechtspraak van de Raad van State. De Afdeling bestuursrechtspraak is 
van oordeel dat het gemeentebestuur terecht handhavend optreedt tegen het 
illegale permanente gebruik, maar vindt de termijn van zes maanden die de 
rechtbank heeft vastgesteld, niet juist. In eerdere uitspraken over soortgelijke 
zaken stelde de rechtbank een termijn van één jaar vast. De Afdeling 
bestuursrechtspraak ziet niet in waarom dit in deze zaken nu een andere termijn 
zou moeten zijn. Alleen op dit punt heeft zij de hoger beroepen van de 
eigenaar-bewoners en het gemeentebestuur gegrond verklaard.