De rechtbank rekent het de verdachte zwaar aan dat hij uitsluitend heeft gedacht aan zijn eigen financiële gewin, en niet aan de gevolgen van zijn acties voor anderen. Het is zorgelijk dat hij bereid is om tegen betaling zo'n ernstig strafbaar feit te plegen. Dit soort explosies leiden tot hevige onrust en gevoelens van angst en onveiligheid in de samenleving, zeker nu er in de afgelopen jaren steeds meer aanslagen gepleegd worden met in een aantal gevallen heel ernstige gevolgen, waaronder dodelijke slachtoffers.
Omdat de verdachte minderjarig is wordt hij veroordeeld volgens het jeugdstrafrecht. Dit heeft een sterk pedagogisch karakter en is gericht op het voorkomen van herhaling. Volgens de Raad voor de Kinderbescherming is de verdachte gemotiveerd om aan zijn toekomst te werken, maar lukt het hem moeilijk om op tijd hulp te vragen. Begeleiding en extra structuur is nodig.
De rechtbank vindt deels voorwaardelijke jeugddetentie op zijn plaats. Aan het voorwaardelijke deel verbindt de rechtbank diverse voorwaarden, zoals geadviseerd door de Raad voor de Kinderbescherming. Zo moet hij zich laten behandelen, krijgt hij een coach en moet hij onderwijs volgen. Ook moet de verdachte de schade aan het busje van 555 euro vergoeden aan de politie . Tot slot wordt de voorwaardelijke jeugddetentie van 80 dagen die hij eerder kreeg opgelegd voor een ander delict, gedeeltelijk ten uitvoer gelegd. Dat betekent dat de helft van deze voorwaardelijke straf wordt omgezet in een werkstraf van 80 uur.
