In april 2025 reed de man met een personenauto in op zijn buurman. Hij raakte daarbij  de benen van de buurman,  de buurman kwam met zijn bovenlichaam op de motorkap terecht en raakte met zijn hoofd de voorruit. Vervolgens vloog de buurman door de lucht en kwam op de tuintafel in de voortuin terecht. Hierna sloeg de man zijn buurman nog een paar keer. De buurman hield aan deze gebeurtenissen een open botbreuk aan zijn onderbeen en een gebroken neus over. De buurman is in verband met de open botbreuk aan zijn onderbeen twee keer geopereerd. Uit de slachtofferverklaring van de buurman en de door hem ingediende vordering tot schadevergoeding blijkt dat hij nog steeds kampt met de gevolgen van deze aanrijding.

De man werd ook verdacht van poging doodslag. De rechtbank spreekt hem hiervan vrij, omdat niet kan worden vastgesteld dat hij de bedoeling had het slachtoffer te doden en ook niet kan worden vastgesteld met welke snelheid hij precies reed op het moment dat hij tegen het slachtoffer aanreed. 

Opzet op de zware mishandeling kan volgens de rechtbank wel worden bewezen. Door met onverminderde snelheid met een auto op iemand in te rijden nam de man (bewust) het risico dat het slachtoffer hierdoor zwaar lichamelijk letsel zou oplopen. 

Bij het bepalen van de straf houdt de rechtbank rekening met het taakstrafverbod dat voor dit delict geldt. De rechtbank is daardoor in dit geval verplicht om aan de man een gevangenisstraf op te leggen. 

De rechtbank vindt het – kijkend naar de persoonlijke omstandigheden van de man - niet passend om hem terug te sturen naar de gevangenis.
Er was sprake van een langlopend conflict tussen de man en zijn buurman. De man deed in voorgaande jaren bij diverse instanties meldingen hierover. Ook zocht hij hulp bij de overlast die hij ervoer, maar daar is naar zijn zeggen nooit adequaat op gereageerd.

Uit het strafblad van de man blijkt ook dat hij niet eerder is veroordeeld. Daarnaast schat de reclassering de kans op herhaling laag in. De rechtbank houdt daarbij rekening met het feit dat de buurman inmiddels is verhuisd en dat de kans op herhaling laag is ingeschat. Daarom legt de rechtbank aan de man een gevangenisstraf op voor de tijd die de man al in voorarrest doorbracht, namelijk een gevangenisstraf van 20 dagen. Daarbij legt de rechtbank een taakstraf van 200 uur op. 

Tot slot moet de man aan zijn buurman een schadevergoeding betalen van 500 euro voor de schade aan zijn neus. De schade aan zijn been wil het slachtoffer via de verzekering afhandelen.