De gemeente Wageningen stelde beleid op dat voorschrijft dat bij warmte-opwekinstallaties een voorkeursvolgorde wordt gehanteerd. Eerst wordt gekeken of de installatie in de wijk zelf kan worden ingepast en vervolgens kijkt ze naar ruimte in een naburige wijk of naar het terrein van naburige bedrijven. In het besluit is niet gemotiveerd dat het project voldoet aan dit beleid.
Uit de stukken blijkt wel dat er onderzoek is gedaan naar alternatieven, maar deze onderzoeken zijn niet beschreven in de omgevingsvergunning en niet toegezonden aan de rechtbank. Deze heeft de rechtbank dus ook niet kunnen beoordelen.