Bij een schuldmisdrijf is het volgende van belang: er moet meer zijn dan alleen
de overtreding en voor schuld in strafrechtelijke zin is bovendien vereist dat
er minimaal sprake is een aanmerkelijke mate van verwijtbare
onvoorzichtigheid.
In deze zaak is de strafrechtelijke schuld omschreven als
het te hard rijden. De rechtbank is nagegaan of vastgesteld kan worden of de
verdachte dusdanig hard heeft gereden dat deze snelheid een invulling kan zijn
van het schuldbegrip. Met andere woorden: een lichte overschrijding van de
plaatselijk toegestane maximum snelheid is daarvoor
onvoldoende.
Verkeersproeven hebben opgeleverd dat je met een vergelijkbare
auto als de auto van verdachte de flauwe bocht kunt inrijden en uitrijden met
een snelheid van ongeveer 130 km per uur, zonder dat het voertuig daardoor
oncontroleerbaar wordt. Deze proeven sluiten daardoor niet uit dat de auto van
verdachte door een eventuele andere oorzaak is gaan slingeren. Op het moment dat
de auto van verdachte richting het fietspad opschoof, had de auto een snelheid
van tussen de 76 en 124 km per uur (toegestaan aldaar was 80 km per uur). Gelet
op deze ruime marge is de rechtbank van oordeel dat niet vastgesteld kan worden
dat verdachte veel te hard (dus in ieder geval aanzienlijk harder dan de aldaar
toegestane maximum snelheid van 80 km per uur) reed. Uit de objectieve
onderzoeksresultaten zoals die nader in de uitspraak zijn weergegeven kan dit
volgens de rechtbank niet met voldoende mate van zekerheid worden vastgesteld.
Nu het te hard rijden volgens de tenlastelegging het enige bestanddeel was
dat de aanmerkelijk schuld moest aangeven, is de rechtbank van oordeel dat het
misdrijf dood door schuld in het verkeer niet bewezen is. Het gegeven dat er in
deze zaak drie doden te betreuren zijn, kan niet gebruikt worden bij de
invulling van de schuld. Pas als de aanmerkelijke schuld is bewezen, komt de
rechter toe aan de beoordeling van het gevolg van deze schuld. Bovendien zijn
een aantal andere mogelijke belastende oorzaken van het ongeval uitdrukkelijk
uitgesloten: verdachte had geen verdovende middelen of alcohol gebruikt en hij
was ten tijde van het ongeval niet met zijn telefoon bezig.