In februari 2024 is bij een aantal woningen in Alkmaar zwaar vuurwerk met flessen brandstof (vuurwerk-brandstof-combinatie (VBC)) geplaatst. Op 1 februari is een VBC bij een woning in de Lekstraat niet ontploft. Bij een woning aan de Baansingel gebeurde dat diezelfde avond wel, met schade aan de voordeur als gevolg. Op 4 februari zijn bij een andere woning in de Lekstraat twee VBC's geplaatst. De verdachte is na het neerzetten ervan weggelopen, zonder deze aan te steken. 

De rechtbank twijfelt niet aan de betrokkenheid van de verdachte bij het plaatsen van een VBC op 1 februari in de Lekstraat en de ontploffing aan de Baansingel. Over de straf die hem wordt opgelegd, beslist de rechtbank later dit jaar. Zij vindt daarvoor een aanvullend advies van de reclassering nodig en wacht dit advies af.

De twee verdachten van het plaatsen van de VBC's bij de andere woning in de Lekstraat op 4 februari 2024, worden vrijgesproken voor het medeplegen van een poging tot brandstichting of het veroorzaken van een ontploffing. Dit omdat ze geen aansteker of lucifers bij zich hadden toen ze het vuurwerk en de wasbenzine plaatsten. Wel worden ze veroordeeld voor het voorbereiden van een ontploffing of brandstichting. De ene verdachte krijgt 200 dagen jeugddetentie, waarvan 97 dagen voorwaardelijk. De andere verdachte krijgt 100 dagen celstraf, waarvan 50 dagen voorwaardelijk en een taakstraf van 100 uur. Ook mogen zij tijdens hun twee jaar proeftijd geen contact met elkaar hebben en mogen ze niet in Alkmaar komen.

De opdrachtgever van de twee verdachten die op 4 februari het vuurwerk in de Lekstraat plaatsten, wordt vrijgesproken. Omdat zijn medeverdachten zijn vrijgesproken van poging tot brandstichting of het veroorzaken van een ontploffing, kan hij niet worden veroordeeld voor wat hem ten laste was gelegd en dat was alleen het geven van de opdracht voor die poging tot brandstichting of het veroorzaken van een ontploffing.