De verdachte zat in februari jl. in voorlopige hechtenis in de penitentiaire gevangenis in Vught. Tijdens een gesprek met zijn advocaat in een spreekkamer, viel de verdachte hem plots aan en stompte meerdere keren tegen zijn hoofd. Hij zou bij die aanval ook hebben geprobeerd om zijn advocaat te wurgen, maar net als het Openbaar Ministerie ziet de rechtbank hiervoor onvoldoende bewijs en daarom wordt hij hiervan vrijgesproken.

De verdachte zat in voorlopige hechtenis omdat hij was aangehouden voor brandstichting en een woninginbraak. Hij wilde een hond, die jaren daarvoor van hem was, bij de nieuwe eigenaars weghalen. Dit deed hij door met grof geweld met een ijzeren paal een raam van hun woning in 's-Hertogenbosch te vernielen en daarna ook binnen goederen te vernielen. De hond wist hij uiteindelijk niet mee te nemen. Ook stichtte de verdachte die nacht brand door met papier en een matras een vuurtje te maken bij een wooncomplex.

Bij het bepalen van de straf houdt de rechtbank er rekening mee dat de verdachte zijn advocaat, die zijn werk deed, heeft aangevallen. Dit gebeurde geheel onverwacht, terwijl het slachtoffer geen kant uit kon omdat ze samen in een afgesloten spreekkamer zaten. De advocaat doorstond angstige momenten. Dit geldt ook voor de bewoners waar de verdachte inbrak. Zij waren thuis op het moment dat hij vroeg in de ochtend met grof geweld in hun woning binnendrong en spullen vernielde.

Al met al vindt de rechtbank een celstraf van één maand voor de mishandeling van de advocaat op zijn plaats. Voor de brandstichting en de woninginbraak legt de rechtbank anderhalf jaar cel op. Daarnaast moet de verdachte een schadevergoeding van 1.500 euro betalen aan de bewoners waar hij heeft ingebroken en 750 euro aan de advocaat.