Laden...

Verhalen van kosten van arbeidsongeschiktheidsuitkeringen door het Uwv op een garantsteller

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksCentrale Raad van Beroep > Nieuws > Verhalen van kosten van arbeidsongeschiktheidsuitkeringen door het Uwv op een garantsteller
Utrecht, 30 juni 2025

De Centrale Raad van Beroep heeft vandaag een uitspraak gedaan over de positie van de verzekeraar die garant staat voor de betaling van uitkeringen door werkgevers die eigenrisicodrager zijn. Zo'n verzekeraar wordt ook wel de 'garantsteller' genoemd. 

Waar gaat de zaak over?

De uitspraak van 30 juni 2025 gaat over een aantal besluiten waarin het Uwv de kosten van arbeidsongeschiktheidsuitkeringen heeft verhaald op een verzekeraar. Het Uwv heeft die uitkeringen betaald aan arbeidsongeschikte werknemers van een bedrijf dat eigenrisicodrager is, en kon die kosten door betalingsproblemen en een daaropvolgend faillissement niet verhalen op de eigenrisicodrager zelf. Het Uwv verhaalde de betaalde uitkeringen daarom op de verzekeraar die zich voor die betalingen garant had gesteld.

Conclusie van de raadsheer advocaat-generaal

De verzekeraar had een aantal principiële en juridisch-technische beroepsgronden ingediend. Over de opgeworpen geschilpunten was nog niet eerder geoordeeld. Bovendien ging het om vragen op het grensvlak van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet Wia) en het faillissementsrecht. Daarom heeft de president van de Centrale Raad van Beroep de raadsheer advocaat-generaal R.H. de Bock gevraagd daarover een conclusie uit te brengen (zie voor meer informatie over de achtergrond van deze zaak de persberichten van 21 juni 2024 (Centrale Raad van Beroep vraagt conclusie over de positie van de garantsteller) en 23 januari 2025 (Conclusie raadsheer advocaat-generaal De Bock over de positie van de garantsteller).

Wat oordeelt de Centrale Raad van Beroep?

De Centrale Raad van Beroep volgt in grote lijnen de conclusie van de raadsheer advocaat-generaal en hakt een aantal juridisch-technische knopen door, met als hoofdlijnen:

  • Het Uwv kan uitbetaalde uitkeringen verhalen op de verzekeraar, zodra de eigenrisicodrager zijn verplichtingen niet nakomt. Dat verhaalsrecht is dus niet beperkt tot de situatie dat de eigenrisicodrager failliet is.
  • Als de eigenrisicodrager niet aan zijn verplichtingen voldoet, kan het Uwv direct de garantsteller aanspreken. Het Uwv hoeft bij faillissement niet eerst de curator aan te spreken om te kijken of de kosten uit de boedel kunnen worden voldaan.
  • De garantstelling blijft ook gelden na het faillissement van de eigenrisicodrager. En ook als de onderneming van de failliete eigenrisicodrager wordt overgenomen door een ander bedrijf waarbij het risico van de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen op dat bedrijf overgaat en het overnemende bedrijf zijn betalingsverplichtingen tegenover het Uwv vervolgens niet nakomt.

Tot slot geeft de Centrale Raad van Beroep in de uitspraak duidelijk aan wat een verzekeraar tegen een verhaalsbesluit van het Uwv kan aanvoeren. Dat is afhankelijk van de vraag of het Uwv al eerder een zogeheten toerekeningsbesluit heeft gestuurd aan de eigen risicodrager. In zo'n toerekeningsbesluit staat welke arbeidsongeschiktheidsuitkeringen voor rekening van de eigenrisicodrager komen.

Wat betekent dit in de praktijk?

De uitspraak maakt duidelijk wat de rechten en verplichtingen van de verzekeraar zijn als een werkgever die eigenrisicodrager is niet aan zijn betalingsverplichtingen uit de Wet Wia voldoet.

Meer informatie

Dit is een persbericht op basis van onderstaande uitspraak van de Centrale Raad van Beroep. Bij verschil tussen dit persbericht en de uitspraak, is de uitspraak leidend. Met eventuele vragen over dit persbericht kunt u contact opnemen met de afdeling communicatie via communicatie.crvb@rechtspraak.nl.

Uitspraken