Centrale Raad van Beroep 120 jaar
Het recht is geen woud
maar je kunt er wel in verdwalen
als je de weg niet kent
lijken alle bomen hetzelfde blad te hebben
we spreken het en maken het beschermen het, schaven het
we ontdekken elke dag opnieuw
de ringen van de wet, tellen de nerven onder zijn schors
voelen hoe het schuurt onder onze vingers
er liggen vragen als stenen op een pad
als vallende veren of munten in een wensput
een vraag als vuur in een kurkdroog bos
het is een brandweerman zonder verzekering
een moeder die met haar kind wil blijven
wonen bij de school
de student die zorgt voor zijn oma
een man die niet meer kan lopen
mensen die verdwalen zoeken niet alleen de weg
maar ook naar iemand die hen hoort
leg de taal neer als witte kiezels in het recht
antwoorden die groeien tot nieuwe paden
zie wat er opkomt in de bermen
wat zich nestelt in de ruimtes
de holtes die tussen vragen liggen, waar mensen kunnen schuilen