Laden...

PostNL krijgt geen voorschot voor kosten postbezorging

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksCollege van Beroep voor het bedrijfsleven > Nieuws > PostNL krijgt geen voorschot voor kosten postbezorging
Den Haag, 05 september 2025

De minister van Economische Zaken hoeft PostNL geen voorschot te betalen voor de kosten van de uitvoering van de postbezorging waartoe zij wettelijk verplicht is. Dat heeft de voorzieningenrechter van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) vandaag beslist.

PostNL heeft de voorzieningenrechter gevraagd om een voorschot van 30 miljoen euro op de door haar gevraagde financiële steun van 68 miljoen. Volgens PostNL is de uitvoering van haar wettelijke taak verlieslatend geworden. De versoepelingen die de minister wil doorvoeren, komen te laat en helpen te weinig. Daarom heeft  PostNL in 2025 en 2026 financiële steun nodig. De minister heeft dit verzoek afgewezen.

PostNL is wettelijk verplicht de Universele Postdienst (UPD) uit te voeren. Onder de UPD vallen de losse stuks post van consumenten en kleine bedrijven zonder zakelijk contract met PostNL. Voor PostNL begint uitvoering van de UPD steeds meer een financiële last te worden. Die zal in de toekomst alleen maar groter worden, omdat er steeds minder post wordt verstuurd. Mede daardoor stijgen ook de kosten. Er zijn structurele maatregelen nodig. De minister erkent dit ook.

Bij de keuze van de te treffen maatregelen geeft het nationale en Europese recht de minister veel beleidsruimte. De last van PostNL zou kunnen worden verlicht door financiële steun, maar ook kunnen de UPD-verplichtingen worden versoepeld. De minister geeft daaraan de voorkeur. In zijn brief aan de Tweede Kamer van 30 juni 2025 legt hij uit dat hij onder meer van plan is toe te staan dat PostNL er langer dan één dag over mag doen om een brief te bezorgen. Ook krijgt PostNL meer vrijheid om tarieven vast te stellen voor het gebruik dat anderen maken van haar landelijke bezorgnetwerk.

De voorzieningenrechter is er niet van overtuigd geraakt dat de situatie voor PostNL al zo nijpend is geworden, dat de minister PostNL op dit moment financieel moet steunen omdat de bedrijfsvoering van PostNL anders in de problemen komt. De voorzieningenrechter wijst daarom het verzoek af. De voorzieningenrechter begrijpt wel de zorgen van PostNL over de mate waarin en het tempo waarmee de minister structurele maatregelen treft. Het is de verantwoordelijkheid van de minister en de politiek om dit met de nodige voortvarendheid op te pakken.

Uitspraken