Volgens Skal hebben de bedrijven zich in de periode 2015 tot en met 2020 stelselmatig onttrokken aan het toezicht van Skal. Zij hebben geen melding gedaan van partijen producten met resten van stoffen die niet zijn toegestaan in de biologische productiemethode. Ook hebben zij een groot deel van deze partijen wel als biologisch verhandeld.
Het CBb oordeelt dat het intrekken van de certificaten voor biologische producten (decertificering) voor 88 partijen terecht is. De decertificering van 21 partijen is onvoldoende gemotiveerd. Ook heeft Skal onvoldoende onderbouwd dat de bedrijven verantwoordelijk moeten worden gehouden voor partijen producten die zij niet zelf hebben ingekocht of waarvan onbekend is door welk bedrijf die zijn ingekocht. Verder mocht Skal de biocertificaten van de vennootschappen niet voor onbepaalde tijd intrekken. Skal mocht de intrekking van de certificaten ook niet bekendmaken op haar website.
Het CBb vernietigt het besluit op de bezwaren tegen de decertificering en de publicatie. Skal moet binnen twaalf weken opnieuw beslissen over de decertificering en eventuele publicatie.