Op de zitting waar de zaken inhoudelijk werden behandeld vroegen de advocaten om vijftien getuigen te horen. Een aantal van deze getuigen had over de verdachten belastende verklaringen afgelegd. Normaalgesproken heeft de verdediging het recht om zulke getuigen te ondervragen. In dit geval wees het hof de verzoeken af, omdat bij het plannen van de inhoudelijke behandeling van de zaak door de verdediging te kennen was gegeven dat zij geen getuigen wilde horen. De verdediging had geen goede argumenten waarom zij van mening was veranderd. Het hof kiest voor deze strenge benadering omdat deze werkwijze van advocaten recent vaker voorkomt en funest is voor de kwaliteit en de effectiviteit van de strafrechtspleging.
Het niet horen van de getuigen in deze zaken doet volgens het hof geen afbreuk aan het recht van de verdachte op een eerlijk proces.