Laden...

Het op schoot of op het been hebben van een mobiele telefoon wordt niet gezien als vasthouden

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksGerechtshof Arnhem-Leeuwarden > Nieuws > Het op schoot of op het been hebben van een mobiele telefoon wordt niet gezien als vasthouden
Leeuwarden, 10 augustus 2021

Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden behandelt in hoger beroep zaken van lichte verkeersovertredingen. Het hof heeft op 9 augustus jl. uitspraak gedaan in de zaak over de oplegging van een boete van € 240,- op grond van de Wet Mulder voor het vasthouden van een mobiele telefoon tijdens het rijden. Het hof heeft degene aan wie de boete is opgelegd in het gelijk gesteld. De boete hoeft niet betaald te worden.

Beslissing van de kantonrechter

Op 24 november 2020 heeft de kantonrechter van de rechtbank Noord-Nederland geoordeeld dat onder het begrip vasthouden ook moet worden verstaan het op schoot hebben van de mobiele telefoon. De kantonrechter heeft de boete van het CJIB in stand gelaten. Tegen deze beslissing van de kantonrechter is hoger beroep ingesteld door degene aan wie de boete is opgelegd.

Geen vasthouden

In deze zaak kan niet worden vastgesteld dat de telefoon is vastgehouden tijdens het rijden. Volgens het hof kan het op schoot of op het been hebben van een mobiele telefoon niet worden gezien als vasthouden in de zin van artikel 61a Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990).

Uitspraken