Het
hof stelt verder vast dat de eigenaar in 2021 en 2022 nog standplaatsen heeft
verhuurd aan nieuwe huurders. De eigenaar heeft de huurders daarbij ten
onrechte niet geïnformeerd over haar voornemen om de huur op korte termijn te
beëindigen. Daarmee heeft de eigenaar onrechtmatig gehandeld. Het hof
veroordeelt de eigenaar tot betaling van schadevergoeding aan de huurders die
in 2021 of 2022 nog een standplaats zijn gaan huren. De hoogte van die
schadevergoeding moet, zoals de huurders gevraagd hebben, in een afzonderlijke
procedure worden vastgesteld.
De
huurders wijzen er terecht op dat enkele bepalingen uit de huurovereenkomst in
strijd zijn met het consumentenrecht. Deze bepalingen worden door het hof
vernietigd.