De ex-agent en een collega wilden de inzittenden van een zogenaamde lokauto aanhouden op verdenking van autodiefstal. Hoewel er meteen redenen waren om te twijfelen of er werkelijk sprake was van diefstal van de auto, hebben verdachte en zijn collega de uitkomsten van nader onderzoek daarnaar niet afgewacht. Later bleek de auto te zijn gehuurd bij een autobedrijf, dat ook (lok)auto’s aan de politie verhuurde. Van diefstal was dus geen sprake. In strijd met de instructies rond aanhouding van personen in lokauto’s besloten zij zelf tot actie over te gaan. Terwijl de auto bij een rood stoplicht stilstond, zijn zij uit hun politieauto gestapt, hebben zij hun dienstwapens getrokken en zijn ze naar de auto toegerend. Toen de auto vervolgens groen licht kreeg en weg reed, heeft de verdachte (in strijd met alle daarvoor geldende richtlijnen) vanaf korte afstand met het dienstvuurwapen op de achterkant van de wegrijdende auto gevuurd. Daarbij werd de achterklep van de auto tweemaal geraakt. Slechts door toeval zijn de 2 niets vermoedende inzittenden van de auto daarbij niet gedood of gewond geraakt.