Laden...

Geen bevel tot vervolging van tabaksproducenten

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksGerechtshof Den Haag > Nieuws > Geen bevel tot vervolging van tabaksproducenten
Den Haag, 06 december 2018

Het gerechtshof Den Haag geeft geen bevel tot strafrechtelijke vervolging van tabaksproducenten. Dat heeft het Haagse hof vandaag beslist in een procedure op grond van artikel 12 Wetboek van Strafvordering die aangespannen was tegen tabaksproducenten.

De sigaretten van de tabaksproducenten worden volgens de stringente Nederlandse en Europese wet- en regelgeving gemaakt en getest. Het gebruik van ‘ventilatiegaatjes’ in het mondstuk van de sigaretten en de toevoeging van additieven aan sigaretten is al lang bekend bij de Nederlandse overheid en de Europese commissie. Dat geldt ook voor de (veel) hogere uitstootwaarden van de aan sigaretten toegevoegde kankerverwekkende stoffen bij het daadwerkelijk door personen roken van sigaretten dan bij het testen van die waarden door een rookmachine. Deze wetenschap is voor de Europese regelgevers tot op heden geen aanleiding geweest tot het wijzigen of aanscherpen van de regels voor het produceren van sigaretten en testen van sigaretten. Zolang de tabaksproducenten zich aan deze Europese en nationaalrechtelijk vastgestelde regels houden, mogen de lidstaten (en dus ook Nederland) de handel in sigaretten volgens diezelfde Europese regels niet verbieden. Alleen de (Europese) regelgever kan beslissen over ingrijpende maatregelen tegen tabaksproducenten.

Bij deze stand van zaken kan niet worden gezegd dat de sigaretten van deze producenten illegale producten zijn, zoals klagers betoogden. Er kan dan dus ook geen sprake zijn van strafbaar gedrag. Het feit dat sigaretten een verslavend karakter kunnen hebben en gezondheidsrisico’s met zich mee kunnen brengen, verandert daar niets aan. Evenmin kan om die reden worden gesproken van ‘sjoemelsigaretten’ door het valselijk manipuleren van de (uitkomsten van de) rookmachine door de tabaksproducenten, zoals klagers stelden.

Het merendeel van de klagers is door het hof niet-ontvankelijk verklaard, omdat zij niet zijn aan te merken zijn als ‘rechtstreeks belanghebbenden’.

Uitspraken