Laden...

Vordering tot vernietiging arbitraal vonnis in geschil tussen Bahrein en 2 Iraanse banken afgewezen

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksGerechtshof Den Haag > Nieuws > Vordering tot vernietiging arbitraal vonnis in geschil tussen Bahrein en 2 Iraanse banken afgewezen
Den Haag, 22 april 2025

Een arbitraal college heeft geoordeeld in een geschil tussen het Koninkrijk Bahrein en 2 Iraanse banken. In die arbitrageprocedure zijn de Iraanse banken in het gelijkgesteld. Bahrein vordert in een procedure bij het gerechtshof Den Haag vernietiging van het arbitrale vonnis. Het hof Den Haag wijst deze vordering af.

Tussen het Koninkrijk Bahrein en 2 Iraanse banken is een geschil ontstaan over de onderbewindstelling en liquidatie van Future Bank, een in Bahrein gevestigde bank waarin de 2 Iraanse banken aandelen hielden. De Iraanse banken zijn van mening dat er in feite sprake is van een illegale onteigening door Bahrein en hebben betaling van schadevergoeding van Bahrein gevorderd.

Arbitrageprocedure

Op grond van een tussen Bahrein en Iran overeengekomen investeringsverdrag zijn de Iraanse banken een arbitrageprocedure tegen Bahrein begonnen. De arbitrage heeft plaatsgevonden bij een in Nederland gevestigd scheidsgerecht. In de arbitrageprocedure heeft Bahrein de vordering van de Iraanse banken bestreden. Daarvoor heeft Bahrein aangevoerd dat Future Bank zich heeft schuldig gemaakt aan het stelselmatig schenden van internationale sanctiebepalingen en andere internationale regels ter bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering.

Oordeel scheidsgerecht

Het scheidsgerecht heeft geoordeeld dat er aanwijzingen zijn dat Future Bank zich in een aantal gevallen schuldig heeft gemaakt aan schendingen van internationale sancties. Deze schendingen zijn echter niet ernstig en wijdverspreid (‘serious and widespread’) en er bestaat ook geen nauw verband (‘close relationship’) tussen die schendingen en de vordering die de Iraanse banken bij het scheidsgerecht hebben ingesteld. Bahrein is veroordeeld tot betaling van schadevergoeding aan de Iraanse banken.

Uitspraak hof

In de procedure bij het hof vordert Bahrein dat het hof het arbitrale vonnis van het scheidsgerecht vernietigt op de grond dat het scheidsgerecht onbevoegd was. Ook is Bahrein van mening dat het vonnis in strijd is met de openbare orde. Het hof wijst deze vordering af. Het hof stelt onder meer vast dat het scheidsgerecht het geschil mede heeft beoordeeld aan de hand van het internationale recht. De toetsing aan de openbare orde houdt niet in dat het hof onderzoekt of het scheidsgerecht het internationale recht juist heeft toegepast.

Uitspraken