Laden...

Extern onderzoek naar aanleiding van mogelijk onrechtmatig handelen rechter

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRaad voor de rechtspraak > Nieuws > Extern onderzoek naar aanleiding van mogelijk onrechtmatig handelen rechter
Den Haag, 19 februari 2024

De Raad voor de rechtspraak laat een extern onderzoek uitvoeren naar aanleiding van het mogelijk onrechtmatig handelen door een rechter, tevens leidinggevende, bij het gerechtshof Den Haag. De Raad wil met het onderzoek uitsluiten dat deze werkwijze ook bij andere gerechten is toegepast.

Bij het gerechtshof Den Haag is aan het licht gekomen dat een rechter, tevens leidinggevende, mogelijk onrechtmatig heeft gehandeld in een aantal uitspraken tot niet-ontvankelijkverklaring na in 2022 en 2023 gehouden strafrolzittingen. In 43 strafzaken op strafrolzittingen zijn, na enkelvoudige behandeling door één rechter, meervoudige uitspraken tot niet-ontvankelijkverklaring en enkele processen-verbaal opgesteld alsof er een behandeling en uitspraak van drie rechters aan waren voorafgegaan. De andere twee vermelde rechters hadden echter niet deelgenomen aan de zitting of de uitspraak en hadden de uitspraak niet ondertekend. Hun namen waren onderaan de uitspraak vermeld onder de toevoeging dat zij buiten staat waren om de uitspraak te ondertekenen. Deze twee rechters waren hier niet van op de hoogte. De uitspraak was – behalve door de griffier - alleen ondertekend door de rechter die de zaak had behandeld. Deze werkwijze is mogelijk in strijd met de wet en gaf een onjuiste voorstelling van zaken.

Het gerechtshof heeft van deze mogelijk onrechtmatige werkwijze melding gemaakt bij de Procureur-generaal bij de Hoge Raad, belast met toezicht op het functioneren van rechters. Daarnaast is – op grond van artikel 162 Wetboek van Strafvordering –melding gedaan bij het Openbaar Ministerie.

Uitspraken