Tot 2002 viel de Rechtspraak onder de minister van Justitie. Het ministerie ging niet over de inhoud van de uitspraken, maar bepaalde bijvoorbeeld wel hoeveel geld een rechtbank per jaar kreeg. De commissie-Leemhuis adviseerde in 1998 dat de Rechtspraak zelf verantwoordelijk moest worden voor de eigen bedrijfsvoering. En dat ieder gerecht daarom een eigen bestuur moest krijgen. Ook voor de Rechtspraak als geheel was een bestuur nodig: de Raad voor de rechtspraak.