In de beslissing op dat bezwaarschrift oordeelt de rechtbank nu dat er voor het opleggen van de beperkingen geen wettelijke grondslag was omdat T. in het onderzoek naar zijn advocaat niet is aangehouden en in verzekering is gesteld. Dit is voor een bevel beperkingen wel vereist.
Van deze eis kan alleen worden afgeweken in geval van een acute noodzaak, maar ook daarvan is geen sprake. Het plannen van de aanhouding van T.’s advocaat heeft de nodige voorbereiding gevergd. Tijdens die voorbereiding heeft het Openbaar Ministerie de tijd gehad om na te denken over de vraag of ook T. zelf aangehouden zou moeten worden in het kader van het onderzoek naar zijn advocaat. Ook had het Openbaar Ministerie al tijdens de voorbereiding kunnen bekijken aan welke eisen een bevel beperkingen ten aanzien van T. zou moeten voldoen. Gelet hierop is naar het oordeel van de rechtbank geen sprake geweest van een acute noodzaak.
Het bevel beperkingen was niet verlengd en was niet meer van kracht ten tijde van de behandeling van het bezwaarschrift. De rechtbank oordeelde dat klager alsnog een belang had om de rechtmatigheid van het bevel beperkingen te laten toetsen door de rechtbank.