De rechtbank oordeelt dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan een poging tot zware mishandeling. Voor poging tot doodslag is onvoldoende bewijs omdat niet is duidelijk is geworden met welke kracht en intensiteit de verdachte zijn wurggreep heeft uitgevoerd. Niet kan worden vastgesteld dat het beletten van de ademhaling en bloedsomloop dusdanig lang heeft geduurd dat er een reële kans op de dood was. Wel is zeker dat het beletten van de ademhaling voor enige tijd kan leiden tot hersenbeschadiging en uitval van lichaamsfuncties.
De verdachte heeft door zijn manier van handelen geen enkel respect getoond voor de lichamelijke integriteit van de beveiliger die gewoon zijn werk deed. Dergelijk gewelddadig gedrag is zeer bedreigend. Het versterkt de gevoelens van angst en onveiligheid in de samenleving, vooral als het wordt gepleegd op een openbare plaats als de kermis waar veel bezoekers waaronder kinderen getuige van zijn geweest.
Bij het bepalen van de straf weegt de rechtbank mee dat de verdachte eerder voor geweldsdelicten is veroordeeld. De rechtbank zal een deel van de gevangenisstraf voorwaardelijk opleggen en daaraan voorwaarden verbinden om de verdachte ervan te weerhouden zich in de toekomst opnieuw aan strafbare feiten schuldig te maken en de kans op herhaling terug te dringen. Hij krijgt een celstraf 90 dagen waarvan 47 dagen voorwaardelijk met een maximale proeftijd van drie jaar. Ook moet hij een taakstraf van 120 uur uitvoeren. Daarnaast moet hij een taakstraf van 200 uur uitvoeren omdat hij nog in de proeftijd zat van een eerdere veroordeling.