De rechtbank oordeelt dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het online misbruiken van 30 minderjarige meisjes. Het is duidelijk dat de verdachte alles in het teken van zijn eigen behoeftes en lusten stelde, waarbij het welzijn van de slachtoffers voor hem van ondergeschikt belang was. De rechtbank rekent dit hem zwaar aan. Het gaat zonder twijfel om zeer ernstige feiten, waarbij jonge meisjes het slachtoffer zijn geworden van zijn aanhoudende drang om voor zijn seksuele bevrediging kinderpornografisch materiaal te verkrijgen. Zij werden om die reden aangezet tot het plegen van handelingen die verre van passend zijn voor hun leeftijden.
Uit verklaringen van de (ouders van de) slachtoffers blijkt dat zijn handelen zeer diepe sporen heeft nagelaten. Daarnaast zijn er veel zorgen over het feit dat hij beeldmateriaal van de meisjes met anderen heeft geruild en onbekend is waar deze beelden zijn terechtgekomen of bij wie deze nog in handen zullen vallen. Niet alleen de meisjes zelf, maar ook hun ouders zijn erg geraakt door wat hun dochters hebben moeten meemaken.
Uit onderzoek van een psychiater en psycholoog blijkt dat de verdachte lijdt aan een pedofiele stoornis en autisme heeft. Volgens de psychiater lukt het hem niet om aansluiting te vinden bij leeftijdsgenoten en gelijkwaardige relaties aan te gaan. De frustratie die daaruit volgt wordt door de verdachte omgezet in het dwangmatig verzamelen en uitwisselen van kinderpornografisch materiaal. Volgens de psycholoog kan de verdachte zich slecht inleven in anderen en kan hij de gevolgen van zijn gedrag niet overzien. Beide deskundigen schatten de kans op herhaling bovengemiddeld tot hoog in en vinden controle en toezicht op de verdachte noodzakelijk. De deskundigen adviseren om de feiten in verminderde mate aan de verdachte toe te rekenen. De rechtbank neemt deze adviezen en conclusies van de deskundigen over.