Laden...

Celstraf na veroorzaken val van kade in Den Haag waarna slachtoffer overlijdt

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Den Haag > Nieuws > Celstraf na veroorzaken val van kade in Den Haag waarna slachtoffer overlijdt
Den Haag, 09 oktober 2025

De rechtbank Den Haag heeft een 43-jarige man veroordeeld voor dood door schuld nadat hij een slachtoffer heeft geduwd of getrokken terwijl die aan de rand van de kade stond. Het slachtoffer raakte te water en de verdachte is direct weggelopen. Het slachtoffer is door verdrinking overleden. Dit gebeurde op 25 augustus 2023 op de Pletterijkade in Den Haag. De rechtbank legt de verdachte een celstraf op van 20 maanden waarvan 4 maanden voorwaardelijk.

Het incident

De verdachte kwam het slachtoffer op straat tegen en sprak hem aan omdat hij hem geld verschuldigd zou zijn, zo verklaarde de verdachte. Volgens de verdachte was het slachtoffer op dat moment onder invloed van alcohol aan het schreeuwen. De verdachte was onder invloed van cocaïne. Op enig moment zou het slachtoffer de verdachte hebben willen beetpakken. In reactie daarop duwde de verdachte het slachtoffer of trok aan hem, waarna het slachtoffer vanaf de kade in het water viel. Het incident zou volgens de verdachte slechts enkele seconden hebben geduurd. De verdachte is weggegaan zonder om te kijken. Hij zou niet hebben geweten dat het slachtoffer niet kon zwemmen en dacht dat het slachtoffer wel uit het water zou komen. Het lichaam van het slachtoffer is dezelfde avond gevonden door voorbijvarende personen. Na onderzoek aan het lichaam werd ervan uitgegaan dat het slachtoffer door een ongeval is overleden. 

Anderhalf jaar na het incident, in februari 2025, werd de verdachte aangehouden vanwege een winkeldiefstal. Op het politiebureau begon de verdachte plots te huilen en vertelde hij dat hij betrokken is geweest bij de dood van het slachtoffer.

Oordeel rechtbank

De rechtbank oordeelt dat de verdachte niet schuldig is aan doodslag en spreekt hem daarvan vrij. Niet kan worden bewezen dat hij de opzet had om het slachtoffer van het leven te beroven. Hij had weliswaar kunnen weten dat mensen in staat van dronkenschap een vertraagd reactievermogen hebben en eenvoudig in paniek en ademnood kunnen raken als zij te water raken, maar hij verwachtte dat het slachtoffer wel uit het water zou kunnen komen. Wel is de verdachte schuldig aan dood door schuld, oordeelt de rechtbank. De verdachte heeft het slachtoffer immers van de kader geduwd of getrokken en daarna niet meer naar hem omgekeken, met alle gevolgen van dien. Dit is grovelijk onvoorzichtig, onachtzaam en nalatig geweest. De laatste momenten van het slachtoffer moeten hebben bestaan uit paniek en angst. De rechtbank rekent dit de verdachte aan.

Bij het bepalen van de straf weegt de rechtbank mee dat de verdachte spontaan een bekentenis heeft afgelegd. Zonder deze verklaring was de ware toedracht rondom het overlijden van het slachtoffer hoogstwaarschijnlijk nooit aan het licht gekomen. Ook weegt de rechtbank mee dat de verdachte volgens deskundigen lijdt aan verschillende stoornissen en adviseren om het delict verminderd aan de verdachte toe te rekenen. 

De rechtbank vindt een deels voorwaardelijke gevangenisstraf passend en geboden. Aan het voorwaardelijke deel verbindt de rechtbank diverse voorwaarden zodat de verdachte hulp krijgt voor zijn problematiek en om te voorkomen dat hij zich in de toekomst opnieuw aan strafbare feiten schuldig maakt. Ook moet de verdachte de erfgenamen van de verdachte een schadevergoeding betalen van ruim 8.000 euro. 


Uitspraken