De inbrekersbende werkte in wisselende samenstellingen en meestal volgens een vast patroon. De mannen hielden zich niet alleen bezig met inbreken, maar ook met het plannen van de inbraken, het uitvoeren van verkenningen en het regelen van inbrekerswerktuigen. Ze stonden op de uitkijk, waarschuwden voor de politie en verdeelden of verkochten de buitgemaakte goederen.