De man heeft bekend dat hij in februari 2018 zijn vrouw vijf of zes keer met een vuisthamer op haar hoofd had geslagen terwijl zij op een bank in de woonkamer lag te slapen. Hij trok een vuilniszak over haar hoofd en sleepte haar lichaam naar de voorraadkast. Hierna wilde hij zich van het leven beroven door veel alcohol en cannabis te gebruiken. Volgens de man kwam hij mogelijk tot zijn daad door opgekropte woede en frustratie over hun uitzichtloze financiële situatie en de koopverslaving van zijn vrouw.

De rechtbank kan niet vaststellen dat de man heeft gehandeld met voorbedachte raad en veroordeelt hem daarom voor doodslag, en niet voor moord.

De man heeft zijn vrouw het recht om te leven ontnomen en haar nabestaanden een onherstelbaar verlies toegebracht. Bij een dergelijk handelen past geen andere straf dan een lange gevangenisstraf. De rechtbank weegt hierbij ook mee dat de man zeer gewelddadig en respectloos is omgegaan met het lichaam van zijn vrouw. Deskundigen hebben de rechtbank geadviseerd de man volledig toerekeningsvatbaar te achten. Dit advies heeft de rechtbank overgenomen. De rechtbank legt de man een gevangenisstraf op van 11 jaar.