Laden...

Gunning over medische arrestantenzorg aan RMD blijft in stand

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Den Haag > Nieuws > Gunning over medische arrestantenzorg aan RMD blijft in stand
Den Haag, 04 juli 2025

De gunning door Nationale Politie van de medische arrestantenzorg aan Regionale Medische Diensten (RMD) van alle percelen waarop kon worden ingeschreven, blijft in stand. Dat volgt uit een uitspraak in een kort geding bij de rechtbank Den Haag. De organisaties Forensisch Artsen Rotterdam-Rijnmond (FARR), FMMU en diverse GGD'en in Noord-Holland hadden dit kort geding aangespannen omdat ze het oneens waren met de uitkomst van de aanbesteding, maar de kortgedingrechter wijst hun vorderingen af.

Aanbesteding

FARR, FMMU en de GGD'en hadden net als RMD ingeschreven op een of meer percelen in de aanbestedingsprocedure voor het verlenen van medische arrestantenzorg. De opdracht was onderverdeeld in 10 percelen. FARR had inschreven op de percelen Den Haag, Rotterdam en Midden-Nederland, de GGD'en op de percelen Amsterdam en Noord-Holland. FMMU en RMD hadden ingeschreven op alle percelen in Nederland. De Nationale Politie heeft in maart 2025 laten weten de opdracht te willen gunnen aan RMD omdat zij op basis van de prijs-kwaliteitverhouding voor alle percelen als beste uit de bus is gekomen.

FARR, FMMU en de GGD'en zijn het hier niet mee eens. RMD kan niet leveren wat (ten minste) van elke inschrijver wordt verlangd, zo menen zij. En in dat geval behoort RMD van deelname aan de aanbesteding te worden uitgesloten, zo vinden de eisende organisaties. Zo zou de RMD niet in kunnen staan voor voldoende gespecialiseerd personeel en voor de tijdige beschikbaarheid van de medische zorg.

Oordeel rechtbank

De rechter wijst de vorderingen van de eisende partijen af. De rechter oordeelt dat de Nationale Politie duidelijk heeft onderbouwd dat als een inschrijver op één van verschillende gunningscriteria volgens de beoordelingscommissie de score 'onvoldoende' haalt, daarmee niet het doek over de hele inschrijving valt. De score onvoldoende op één van de gunningscriteria kan worden gecompenseerd door (betere) scores op andere criteria, waaronder de prijs die betaald wordt voor de zorg. De score onvoldoende betekent ook niet dat op voorhand vaststaat dat RMD de vereiste kwaliteit bij de arrestantenzorg niet zal kunnen waarmaken. Deze score kan namelijk veroorzaakt zijn door een minder duidelijke beschrijving door RMD of doordat vragen niet duidelijk beantwoord zijn. Uiteindelijk zal RMD bij uitvoering van de opdracht moeten voldoen aan de diverse eisen die aan de arrestantenzorg gesteld worden, met name de beschikbaarheid van bevoegd en bekwaam personeel. Dat RMD er eerder blijk van heeft gegeven geen zorg op voldoende niveau te kunnen verlenen bij de werkzaamheden die zijn verricht voor het COA, zoals in dit kort geding werd gesteld, blijkt niet juist te zijn; de eisende partijen hebben dat ook ingezien.

De rechter oordeelt dat de politie de beslissing voldoende heeft gemotiveerd en dat door RMD gehaalde scores niet evident onjuist zijn. Het argument dat door FARR naar voren werd gebracht – namelijk dat RMD met veel lagere prijzen heeft ingeschreven doordat vergoedingen vanuit de Zorgverzekeringswet niet zijn meegenomen in de prijs – laat de voorzieningenrechter rusten. Dat argument werd tijdens de zitting voor het eerst naar voren gebracht. De Nationale Politie vindt dat dit argument te laat is ingebracht en de voorzieningenrechter volgt de Nationale Politie daarin. 

Uitspraken