Laden...

Tot 24 maanden cel voor woninginbraak met geweld

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Den Haag > Nieuws > Tot 24 maanden cel voor woninginbraak met geweld
Den Haag, 28 januari 2019

De rechtbank Den Haag heeft een 25-jarige man veroordeeld tot een (deels) onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 24 maanden voor een woninginbraak waarbij hij geweld heeft gebruikt tegen de 53-jarige bewoonster. Een 25-jarige medeverdachte die ook geweld pleegde kreeg voor zijn aandeel een (deels) onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 12 maanden en een maximale taakstraf van 240 uur. Een derde 24-jarige verdachte kreeg 264 dagen gevangenisstraf waarvan een deel voorwaardelijk opgelegd.

Bewoonster mishandeld en bedreigd

Op 16 juni 2018 braken de drie mannen in bij de woning van de vrouw. Voorafgaand aan de inbraak hadden ze rondgekeken in de buurt. Het oog viel op de woning van de vrouw omdat ze dachten dat er niemand thuis zou zijn. Eenmaal binnen troffen ze de bewoonster aan op de overloop van de eerste verdieping. Een van de verdachten bedreigde haar, sloeg haar op het hoofd en trok haar de trap af. De 25-jarige medeverdachte hielp hem daarbij maar vroeg herhaaldelijk om het rustig aan te doen. Ondertussen doorzocht de 24-jarige man de woning op de begane grond.

Bewezen

De rechtbank acht bewezen dat de drie mannen de inbraak gezamenlijk hebben voorbereid en uitgevoerd. Twee van de drie verdachten hebben daarbij geweld gebruikt, waarbij een verdachte de grootste rol had. Het kon niet bewezen worden dat de derde verdachte hieraan heeft meegewerkt.

Straffen

Bij het bepalen van de straffen hield de rechtbank onder meer rekening met het feit dat de verdachten van plan waren een inbraak te plegen in een woning waar niemand aanwezig was. De confrontatie met de bewoonster en het gebruikte geweld waren geen onderdeel van het vooraf gemaakte plan.
Ze hebben de aanwezigheid van de bewoonster dus niet op de koop toegenomen.
De rechtbank heeft gekeken wat voor straffen worden opgelegd in soortgelijke zaken. Aangezien het niet een vooraf geplande woningoverval betreft waarvoor hogere straffen worden opgelegd, is daarom afgeweken van de eis van het openbaar ministerie.

Uitspraken