De leerling  heeft  onder meer verklaard dat de leraar in de vroege ochtend op het kamp bij hem in bed is geklommen en naast hem is gaan liggen. De leraar  heeft toen zijn hand op de buik van de leerling, in de buurt van de navel,  gelegd en gewreven  in de richting van zijn geslachtsdeel, ook onder de onderbroek. Het  verhoor van de leerling vond plaats een speciale studio waar kinderen door gecertificeerde zedenrechercheurs worden gehoord. In dit verhoor worden ook controlevragen gesteld  om na te gaan  of een kind niet alleen gedetailleerd maar ook consistent verklaart. De rechtbank vindt dat de leerling gedetailleerd, consistent en helder heeft uitgelegd wat er volgens hem is gebeurd en ziet geen redenen om aan zijn  verklaring  te twijfelen..

De verklaringen van de leerling vinden bovendien steun in wat de leraar er zelf  heeft verklaard, namelijk dat hij bij  de leerling  in bed is geklommen en dat hij de leerling een knuffel heeft gegeven, waarbij hij zijn hand op de buik van de leerling heeft geplaatst.  Volgens de leraar en zijn advocaat  hebben die handelingen echter niet plaatsgevonden binnen een seksuele context. 

De rechtbank komt - anders dan de verdediging heeft bepleit - wel tot het oordeel dat de leraar  seksuele handelingen heeft gepleegd met de leerling.  Dat daarbij geen sprake is geweest van het daadwerkelijk aanraken van het geslachtsdeel van het slachtoffer, is niet doorslaggevend. De omstandigheden waaronder dit is gebeurd zijn medebepalend. Zo was er sprake van een volstrekt ongelijkwaardige situatie  tussen de  leerkracht en de  leerling, sliep de leerling  nog toen de leraar bij hem  in bed klom, gebeurde het op een ongebruikelijk tijdstip, namelijk in de vroege ochtend toen het nog donker was en alle kinderen nog sliepen en  had de leerling geen pyjama, maar alleen een onderbroek, aan.

De verdachte heeft met zijn handelen een belangrijk en leuk schoolmoment helemaal verpest, zo blijkt uit de slachtofferverklaring die op zitting is voorgelezen. De verdachte heeft, mede gelet op zijn hoedanigheid als leraar, ernstig inbreuk gemaakt op de lichamelijke en psychische integriteit van het jonge slachtoffer. Daarnaast is het buitengewoon kwalijk dat het vertrouwen dat kinderen moeten kunnen hebben in de personen aan wie ze zijn toevertrouwd door de verdachte is beschadigd. Juist de verdachte heeft een belangrijke voorbeeldrol. Ook heeft de verdachte gevoelens van angst en onveiligheid veroorzaakt bij anderen, in het bijzonder ook bij medeleerlingen en hun ouders.

De rechtbank vindt een deels voorwaardelijke celstraf passend en geboden. Aan het voorwaardelijke deel verbindt de rechtbank diverse voorwaarden, zoals ambulante behandeling, informatieverplichting bij wijziging van werkzaamheden en een contactverbod met het slachtoffer en zijn ouders. Er geldt daarbij een proeftijd van 3 jaren. Daarnaast legt de rechtbank een taakstraf op. De rechtbank legt geen beroepsverbod op omdat uit de rapportages van de psycholoog en de reclassering er geen aanwijzingen naar voren komen die erop duiden dat de verdachte zich opnieuw schuldig zou maken aan een soortgelijk misdrijf. Tot slot moet de verdachte het slachtoffer een schadevergoeding betalen van ruim 1.000 euro.