De vrijheid van meningsuiting is een grondrecht, maar de verdachte is in dit geval te ver gegaan, oordeelt de rechtbank. Door moslims te vergelijken met nazi's en te suggereren dat zij tot net zulke gruwelijke daden in staat zouden zijn en daarbij een koran te verscheuren en erop te staan, heeft hij hen beledigd. Door dit zo te zeggen in deze context heeft hij zich onnodig grievend over moslims uitgelaten. Hiermee heeft hij de grens van een toelaatbare demonstratie en de vrijheid van meningsuiting overschreden. Voor een bijdrage aan het maatschappelijk debat over de invloed van de islam in Nederland had de verdachte andere mogelijkheden moeten kiezen.