De rechtbank stelt allereerst vast dat er naast Oxycodon ook benzoylecgonine is gevonden in het lichaam van de baby. Dat is een omzettingsproduct van cocaïne. Niet kan worden vastgesteld hoeveel de baby ervan heeft binnengekregen. Volgens het NFI kan het om een zeer kleine hoeveelheid gaan en is dit mogelijk te verklaren doordat de baby in een ruimte is geweest waarin cocaïne is gebruikt, of door overdracht via contact met een persoon die cocaïne heeft gebuikt. Volgens de verdachte gebruikte haar ex-partner cocaïne in de woning waar de baby ook was.
Dat er Oxycodon is aangetroffen in het lichaam van de baby, noemt de rechtbank zorgelijk.
Deze zware pijnstiller is niet bedoeld voor kinderen. In deze zaak dient de rechtbank de vraag te beantwoorden of zonder twijfel kan worden geconcludeerd dat de verdachte de Oxycodon heeft toegediend aan de baby.
De rechtbank overweegt daarbij dat de rapporten van het NFI geen uitsluitsel geven over het momenten waarop de baby Oxycodon heeft binnengekregen. Volgens de rechtbank kan niet worden geconcludeerd dat het middel bij een elf maanden oude baby een inwerkingstijd heeft van een uur, zoals de officier van justitie heeft gesteld. Er is slechts beperkte informatie beschikbaar over de snelheid waarmee Oxycodon bij kinderen in het bloed wordt opgenomen. De rechtbank kan niet vaststellen dat de verdachte het middel moet hebben toegediend toen zij in de auto zat met de baby.
Daarnaast overweegt de rechtbank dat op de avond ervoor ook het zoontje en de ex-partner van de verdachte in de buurt van de baby zijn geweest. Ook zij hadden mogelijk toegang tot de Oxycodon, en hebben het aan de baby kunnen geven. Daarnaast kan niet worden uitgesloten dat de baby, die zelf al door het huis kon kruipen, zelf (een deel van) een pil heeft gevonden en ingenomen. Dit betekent dat de rechtbank niet kan vaststellen wanneer de baby de Oxycodon heeft binnengekregen en of de verdachte dit heeft toegediend. Zij wordt vrijgesproken.