De man stak in december 2022 - in hun gezamenlijke woning - zijn (ex-)partner met een mes in haar borststreek en arm. Daarbij liep zij een klaplong, scheur in de nierschors en meerdere steek- en snijwonden op. Alleen door tussenkomst van de oudste zoon stopte de man met het insteken op het slachtoffer.  Voor het steekincident bedreigde de man het slachtoffer ook nog via een spraakbericht.

De rechtbank houdt bij de strafbepaling rekening met de persoonlijkheidsproblematiek van de man. De rechtbank neemt het deskundigenadvies over en verklaart de man verminderd toerekeningsvatbaar. Ze legt een gevangenisstraf op van 24 maanden. Daarnaast legt zij de tbs-maatregel met voorwaarden op, zoals ook is geadviseerd door de deskundigen. 

Het slachtoffer diende een verzoek tot schadevergoeding in. De rechtbank wijst een geldbedrag van  15 duizend euro toe aan smartengeld voor het steekincident en 355 euro aan materiële schade. Het slachtoffer vorderde ook nog smartengeld voor de bedreiging, maar de rechtbank verklaart het slachtoffer niet-ontvankelijk voor dat deel van de vordering.