Een tbs-maatregel met verpleging, zoals door de officier van justitie gevraagd, vindt de rechtbank niet passend, gelet op de bijzondere omstandigheden van dit geval en het soort problematiek dat bij de man speelt. Zij heeft een sterke voorkeur voor de oplegging van een tbs-maatregel met voorwaarden, zoals geadviseerd door de deskundigen. Bij een tbs-maatregel met voorwaarden kan volgens de wet echter maar een maximale gevangenisstraf van 5 jaar worden opgelegd. De rechtbank vindt dat te weinig voor een delict zoals dit.
Daarom legt de rechtbank aan de man een gevangenisstraf op van 9 jaar en daarnaast een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel. Hierbij geldt geen wettelijk maximum gevangenisstraf. De maatregel gaat in na afloop van de gevangenisstraf als de officier van justitie dat tegen die tijd aan de rechtbank vraagt. De maatregel kan opname in een kliniek inhouden, het meewerken aan gedragskundige behandeling en andere voorwaarden die na afloop van de gevangenisstraf noodzakelijk worden geacht. De maatregel kan worden opgelegd voor 2 tot 5 jaar, maar kan vervolgens ook telkens weer worden verlengd.