Volgens de rechtbank kneep de vrouw tussen 4 januari 2017 en 12 december 2017 haar dochter meerdere keren. Daarnaast probeerde zij haar dochter hardhandig te voeden. Haar dochter liep door deze handelingen meerdere blauwe plekken op. Volgens de rechtbank maakte de vrouw zich ook schuldig aan het feit dat zij op 13 december 2017 haar dochter in het gezicht sloeg, vastbond met haar armen op de rug en haar vervolgens zo liet liggen.

De psycholoog heeft bij de vrouw een ziekelijke stoornis vastgesteld die van invloed is geweest op haar gedragskeuzen en gedragingen. Hierdoor heeft zij onvoldoende mogelijkheden om haar directe emoties en frustraties onder controle te houden. De psycholoog adviseert daarom om de gepleegde feiten haar in verminderende mate toe te rekenen een voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden op te leggen. De rechtbank neemt deze bevindingen over.

Het herhalingsgevaar is beperkt tot gemiddeld omdat dochter niet meer bij de moeder woont. Er is op dit moment sprake van een begeleide omgangsregeling tussen moeder en dochter. Sinds de schorsing van de voorlopige hechtenis staat de vrouw onder ambulante behandeling. De rechtbank houdt daarnaast ook rekening met het reclasseringsadvies over de bijzondere voorwaarde.

De bijzondere voorwaarden bestaan onder andere uit Reclasseringstoezicht, behandeling in forensische polikliniek en beschermd wonen. Ook moet zij meewerken aan afspraken rondom de omgang en begeleiding van haar dochter zolang de reclassering dit noodzakelijk vindt.