Op 28 november 2017 woedde er een brand in een woning in Arnhem. De Arnhemmer, die op dat moment alleen in de woning was, kon zich niets meer herinneren van de brand. Hij was onder invloed van GHB. Buurtbewoners haalden de man na het ontdekken van de brand in bewusteloze toestand uit het huis. Tegenover de politie verklaarde de man dat hij de tafel in de woonkamer had aangestoken.

De rechtbank stelt vast dat man op enig moment veel waxinelichtjes op tafel heeft aangestoken. Deze zijn op zodanige wijze op de salontafel neergezet dat de brand is ontstaan. De rechtbank oordeelt dat de man de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat er door zijn toedoen brand zou kunnen ontstaan. Dat hij onder invloed was en zich niets van de brandstichting kon herinneren, doet daar niets aan af. Volgens de rechtbank is daarom het voorwaardelijk opzet van de brandstichting bewezen. 

De man maakte zich in het verleden vaker schuldig aan brandstichting. Zo is hij hier op 6 juli 2017 voor veroordeeld. Om de man beter te kunnen begeleiden legt de rechtbank een proeftijd van 5 jaar op. Tijdens deze proeftijd wordt hij verplicht om zich maximaal 24 maanden klinisch te laten behandelen aan de bij hem geconstateerde problematiek. Daarna zal hij ten minste tot het eind van de proeftijd onder begeleiding blijven van de reclassering. Ook heeft de man een alcohol- en drugsverbod.