De mannen zijn op 19 maart 2020 naar aanleiding van een eerder strafonderzoek veroordeeld tot gevangenisstraffen voor de duur van 5 jaar voor een reeks babbeltrucs. Toen het onderzoek naar de reeks babbeltrucs bezig was, werden de mannen onder voorwaarden vrijgelaten. In deze periode overtraden zij de voorwaarden door zich opnieuw schuldig te maken aan het plegen van babbeltrucs. De rechtbank doet op 2 september alleen uitspraak in deze nieuwe zaken.

De rechtbank vindt bij de 57-jarige man een diefstal en een poging daartoe bij een 77-jarige en 92-jarige slachtoffer bewezen. Bij de 59-jarige man vindt de rechtbank alleen de poging tot diefstal bij het 92-jarige slachtoffer bewezen. Het gaat om slachtoffers die door hun leeftijd kwetsbaarder en afhankelijker zijn. 

De rechtbank spreekt de mannen, in afwijking van de officier van justitie, vrij van een babbeltruc in Rotterdam. Op de beelden die zijn gemaakt zijn geen duidelijke gezichtskenmerken te zien en de herkenningen zijn gebaseerd op kenmerken die niet heel specifiek en onderscheidend zijn. Verder bewijs ontbreekt. 

De rechtbank moet beoordelen of de eerdere opgelegde celstraffen anders zouden zijn geweest als de nieuwe veroordelingen direct zouden zijn meegenomen. Hiermee rekening houdend legt de rechtbank voor de nieuwe zaken voorwaardelijke gevangenisstraffen van 8 en 4 maanden op als forse stok achter de deur na het uitzitten van de straf die eerder aan hun is opgelegd.

Tot slot moet de 57-jarige man aan het 77-jarige slachtoffer in 1 van de zaken een schadevergoeding van 350 euro betalen.