Tussen 1 mei 2016 en 19 augustus 2016 maakte de man zich schuldig aan ongeveer 5 zedenfeiten. Zo zocht hij via internet contact met een 14-jarig meisje. De man maakte – na veelvuldig chatten – een afspraak met het meisje om haar te ontmoeten. De bedoeling hierachter was om ontuchtige handelingen bij het meisje te plegen, ook wel grooming genoemd. Op 19 augustus vond deze ontmoeting plaats, waarbij ook daadwerkelijk een ontuchtige handeling werd gepleegd. 

Volgens de rechtbank maakt de man door zijn handelen misbruik van het overwicht dat hij had door het grote leeftijdsverschil, het vertrouwen dat het meisje in hem had gesteld en haar kwetsbaarheid. De rechtbank houdt bij het opleggen van de straf rekening met het algemeen bekende feit dat slachtoffers van zedendelicten hier vaak lange tijd en op diverse leefgebieden de negatieve gevolgen van blijven ondervinden.

De man heeft een strak hulpverleningskader nodig om herhaling van zijn strafbare gedrag te voorkomen. Daarom legt de rechtbank naast de gevangenisstraf een tbs-maatregel op. Hieraan zijn bijzondere voorwaarden gekoppeld, zoals een contactverbod met het meisje. Deze maatregel gaat per direct in.