De rechtbank veroordeelt de jongen tot 7 maanden jeugddetentie waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar. Daarbij gelden strenge voorwaarden. Zo moet de jongen binnen een (gesloten) instelling verblijven. Verder staat hij onder elektronisch toezicht. Dit houdt in dat voor maximaal 1 jaar een enkelband draagt. Ook moet de jongen therapieën volgen. Daarnaast legt de rechtbank de jongen de (voor jeugdigen) maximale werkstraf op van 200 uur. De rechtbank houdt hierbij rekening met het feit dat het voor de jongen de eerste keer is dat hij met politie en justitie in aanraking komt en dat beide feiten hem in verminderde mate kunnen worden toegerekend. De woningoverval is wel meteen een heel ernstig feit. Deze straf is van een andere orde dan die aan zijn volwassen mededader is opgelegd, omdat de jongen onder het minderjarigenstrafrecht valt.