De man en de vrouw beheerden tussen 2009 en 2015 de financiën van de oma van de vrouw. In die periode maakte zij misbruik van hun toegang tot de bankrekening van de oma door haar geld voor hen zelf te gebruiken. Het op die wijze verkregen voordeel voor de man en vrouw wordt geschat op 40.000 euro. De oma is inmiddels overleden. In afzonderlijke vonnissen zijn de man en de vrouw beiden veroordeeld tot het terug betalen van het verduisterde geld aan de Staat. Ze moeten allebei de helft van het totaalbedrag terugbetalen, dus 20.000 euro per persoon.

De militaire kamer vindt het gedrag van de man onwaardig voor een officier bij de Landmacht. Hem wordt aangerekend dat er nog niets is terugbetaald van het verduisterde geld. Ook de rechtbank rekent het de vrouw vooral aan dat er nog niets is terugbetaald. Door familie zijn de man en de vrouw in mei 2013 al geconfronteerd met het vanaf 2009 verdwenen geld. De militaire kamer en de rechtbank vinden het heel ernstig dat de man en vrouw alsnog zijn doorgegaan met het plunderen van de bankrekening van de oma.

Uiteindelijk liepen door deze verduisteringen - die de militaire kamer en de rechtbank aanmerken als een vorm van ouderenuitbuiting - de schulden van de oma zo hoog op dat zij uit haar woning dreigde te worden gezet. Zowel de militaire kamer als de rechtbank trekt dan ook de conclusie dat de man en de vrouw geen medelijden met oma hadden en dat zij alleen uit financieel gewin bezig zijn geweest. De opgelegde straffen zijn lager dan gebruikelijk, omdat het lang duurde voordat de zaken op zitting zijn behandeld.