In mei 2024 speelde het meisje bij de buren in Ede, onder toezicht van de buurman. Toen het meisje terugkwam zat haar rokje vreemd en maakte het meisje een opmerking over de buurman tegen haar moeder. Haar moeder maakte melding bij de politie. De man bekende vervolgens dat hij seksuele handelingen bij het meisje had verricht. De man bekende dat er al één keer eerder wat was gebeurd in de zomer van 2023. In de telefoons van de man trof de politie verder kinderpornografische foto's aan die de man van zijn buurmeisje had gemaakt. Daarnaast werd er een grote hoeveelheid kinderpornografische afbeeldingen aangetroffen van onbekend gebleven kinderen. 

De rechtbank vindt het bijzonder ernstig wat de man heeft gedaan, kijkend naar de zeer jonge leeftijd van het slachtoffer. Met zijn gedrag maakte de man op grove wijze inbreuk op de lichamelijke en geestelijke integriteit van het meisje. De man en zijn partner kwamen regelmatig bij de buren over de vloer en andersom. Datzelfde gold voor hun kinderen. Zijn handelen had niet alleen grote gevolgen voor het meisje en haar gezin, maar ook voor zijn eigen gezin en hun onderlinge vriendschap. De ouders van het meisje hadden dit nooit achter hun buurman gezocht.

Met het zoeken naar kinderpornografisch materiaal droeg de man bovendien bij aan de instandhouding van een markt die drijft op de exploitatie en het seksueel misbruik van kinderen. Bij deze ernstige strafbare feiten past volgens de rechtbank de oplegging van een langdurige gevangenisstraf. 

Deskundigen stelden een pedofiele stoornis vast bij de man. Er is sprake van complexe problematiek, waarbij de man vanaf de puberteit al kinderpornografisch materiaal opzocht en bekeek. De rechtbank vindt het daarom belangrijk dat de man een intensieve zedenbehandeling krijgt. Dat wil de man - die alle verdenkingen bekende - zelf ook.  Als bijzondere voorwaarde bij de straf legt de rechtbank (onder meer) deze behandeling op.

Om langdurig toezicht te kunnen houden op de man legt de rechtbank ook een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel op. Deze maatregel gaat in na afloop van de celstraf als de officier van justitie dat tegen die tijd aan de rechtbank vraagt. De maatregel kan opname in een kliniek inhouden, het meewerken aan een gedragskundige behandeling en andere voorwaarden die na afloop van de gevangenisstraf noodzakelijk worden gevonden. De maatregel kan worden opgelegd voor twee tot vijf jaar, maar kan vervolgens ook steeds weer worden verlengd. Deze straf is gelijk aan de eis van de officier van justitie. 

Tot slot moet de man 12 duizend euro aan smartengeld betalen aan het slachtoffer.