De verdachte politieagent kwam met een collega ter assistentie ter plaatse. De man werkte nog steeds niet mee en gedroeg zich opgefokt. Omdat de man zich nog steeds niet wilde legitimeren, besloten de agenten om de man aan te houden. Daarbij kwam het tot een worsteling tussen de man en de verdachte politieagent en zijn collega. Zij vielen met zijn drieën van het talud af. Onderaan het talud verzette de man zich nog steeds. Op een gegeven moment zei de man mee te zullen werken. Toen de verdachte politieagent de man daarop los liet, verzette de man zich weer. Een klap met de vlakke hand in zijn gezicht door 1 van de andere agenten hielp niet. De verdachte politieagent wilde voorkomen dat de man alsnog zou ontkomen. Hij zag geen andere mogelijkheid om het verzet van de man te stoppen dan door hem een vuistslag in het gezicht te geven. Omdat dit niet hielp, gaf de verdachte politieagent hem daarom nog 2 vuistslagen in het gezicht. Pas toen ging de man meewerken. Na afloop bleek dat de man een gebroken oogkas had. De man is hieraan geopereerd.