Volgens de officier van justitie maakte de vrouw zicht naast het oplichten van de huurders ook schuldig aan het oplichten van de daadwerkelijke eigenaar van het huurhuis. De rechtbank gaat hier niet in mee. Ondanks dat de vrouw onder een valse naam het huurcontract ondertekende, kan volgens de rechtbank niet worden vastgesteld dat zij de intentie had om zichzelf of anderen op een onrechtmatige manier te bevoordelen. Het feit dat de vrouw een hoge huurverplichting aanging terwijl zij wist dat zij een beperkt inkomen had, is daarvoor onvoldoende. Zij heeft ook huur betaald. Daarom spreekt de rechtbank haar vrij.