Hilckmann en de gemeente Nijmegen hadden een overeenkomst gesloten. Deze overeenkomst hield in dat de gemeente de opstallen van Hilckmann kocht. Hilckmann zou op haar beurt haar bedrijf, een slachterij, verplaatsen van Nijmegen naar Cuijk. De overeenkomst was gesloten onder de voorwaarde dat Hilckmann financiering zou krijgen voor de bedrijfsverplaatsing. Hilckmann heeft op enig moment tegen de gemeente gezegd dat zij financiering voor de bedrijfsverplaatsing had verkregen, terwijl dat niet het geval was. Door die mededeling is de overeenkomst in werking getreden en heeft de gemeente een prijs betaald die was afgestemd op de levering van de opstallen en de verplaatsing van het bedrijf. Het bedrijf is uiteindelijk niet verplaatst.
Volgens de rechtbank heeft Hilckmann de gemeente op het verkeerde been gezet door de onjuiste mededeling over de financiering te doen. Hilckmann moet daarom het bedrag dat overeenkomt met de bedrijfsverplaatsing aan de gemeente terugbetalen.