Het beeld dat de rechtbank krijgt van de man is zorgelijk. De man is al eerder door de kinderrechter veroordeeld. Te zien is dat de delicten steeds ernstiger worden en dat de man steeds meer en gemakkelijker geweld gebruikt. Er is sprake van een jonge man, waarbij het ontbreekt aan stabiliteit en een ondersteunend netwerk. De rechtbank neemt het advies van de deskundigen over en past het jeugdstrafrecht toe. Daarbij legt de rechtbank een strikt kader met bijzondere voorwaarden op. De rechtbank benadrukt dat dit voor de man de laatste kans is om in het kader van het jeugdstrafrecht een hulpverleningstraject in te gaan.
De rechtbank oordeelt dat door (toenemende) ernst en het grote aantal incidenten in korte tijd, een gevangenisstraf in dit geval de enige passende straf is. De rechtbank legt daarom 24 maanden jeugddetentie, waarvan 12 maanden voorwaardelijk op. Voor het voorwaardelijk deel van de straf geldt een proeftijd van 2 jaar en hieraan zijn bijzondere voorwaarden verbonden. Ook legt de een contact- en/of locatieverbod op aan de man voor een aantal van de slachtoffers.