De man mishandelde zijn vriendin, had grote hoeveelheden wapens gebruiksklaar in huis en bedreigde een politieman op een indringende wijze. Hij ontnam de oom van zijn vriendin zijn meest fundamentele recht, namelijk het recht op leven. Direct daarna probeerde hij ook een tweede slachtoffer dodelijk te raken. Dat slachtoffer moest toezien hoe de man zijn zwager bruut van het leven beroofde. Geen enkele straf die de rechtbank oplegt doet daarbij recht aan het leed van de nabestaande en de slachtoffers.
Volgens de rechtbank zijn de handelingen van de man zo ernstig zijn dat de enige passende reactie daarop een lange onvoorwaardelijke gevangenisstraf is. Alles afwegende, vindt de rechtbank een gevangenisstraf van 18 jaar een passende straf.