De man ontkende iets met de dood van zijn echtgenote te maken te hebben. Zijn advocaat stelde dat er sprake was van een alternatief scenario, namelijk dat een onbekende het slachtoffer om het leven had gebracht. Dit scenario vond de rechtbank niet aannemelijk. Uit onderzoek bleek namelijk dat het slachtoffer tussen 10:13 en 12:10 uur was overleden. De man was – op de laatste 20 minuten na – in dat tijdsbestek thuis. Er zijn geen aanwijzingen dat een onbekende in die 20 minuten de woning in is gegaan. Ook op camerabeelden waarop de woning van de man te zien is, zijn geen personen gezien die in of uit de woning gingen. Daarnaast zat het DNA van de man op de spanband, op de achterzijde van het shirt en onder de nagel van het slachtoffer.

Door de officier van justitie was een gevangenisstraf van 16 jaar geëist. De rechtbank legt een lagere straf op, omdat zij - anders dan de officier van justitie - niet vindt dat de man heeft gehandeld met een vooropgezet plan.

De man bracht door zijn handelen veel en onherstelbaar leed toe aan zijn kinderen. Op de zitting spraken zij over de gevolgen die het misdrijf bij hen teweeg heeft gebracht, waaronder het gemis dat zij nog steeds ervaren. De man moet aan hen samen een schadevergoeding van in totaal ruim 60 duizend euro betalen.