Op 22 maart 2020 mishandelde de man zijn zwangere echtgenote in hun woning. De man sloeg haar onder andere meerdere keren in de buik en tegen haar rug. Ook schopte en sloeg de man de vrouw in haar gezicht. Daarnaast kneep de Arnhemmer de keel van het slachtoffer dicht, pakte de vrouw hardhandig bij haar wangen en beet in haar linkerhand.

Volgens de rechtbank blijkt uit de handelswijze van de man dat hij het slachtoffer met opzet lichamelijk letsel heeft willen toebrengen. Ook uit het gericht slaan en/of schoppen tegen de buik van de vrouw, kennelijk in de hoop dat hij het ongeboren kind dood had geslagen, blijkt dat.

De rechtbank neemt het de man bijzonder kwalijk dat de man dit geweld toepaste in de woning waar ook de kinderen bij waren. Het slachtoffer en de kinderen zouden zich juist op deze plek veilig en geborgen moeten voelen. 

De rechtbank houdt rekening met de zeer gecompliceerde privésituatie waarin de man en het slachtoffer verkeerde. Het slachtoffer bleek zwanger van een ander en de man en het slachtoffer woonden toentertijd nog in hetzelfde huis. Daarnaast houdt de rechtbank rekening met het feit dat de Arnhemmer is gestart met een behandeling. Bovendien werd tijdens de zitting duidelijk dat het slachtoffer en de man sinds kort met elkaar communiceren en samenwerken ten behoeve van de kinderen. Hiermee rekening houdend volgt de rechtbank de eis van het Openbaar Ministerie.

Voor de voorwaardelijke gevangenisstraf geldt een proeftijd van drie jaar. Hieraan zijn voorwaarden verbonden. Zo moet de man zich laten behandelen. Daarnaast mag hij geen alcohol gebruiken.

Tot slot moet de man een schadevergoeding van ruim 1.500 euro aan het slachtoffer betalen.